De wet van 30 oktober 2022 houdende diverse bepalingen inzake arbeidsongeschiktheid, waarbij tevens de regels inzake medische overmacht van artikel 34 van de wet van 3 juli 1978 (hierna "AOW") worden gewijzigd, is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad op 18 november 2022. Op 28 november 2022 is het nieuwe artikel 34 AOW in werking getreden.

Onder het oude artikel 34 AOW kon de arbeidsovereenkomst alleen om medische redenen worden beëindigd na een re-integratieperiode. Voortaan zal een beëindiging wegens medische overmacht slechts mogelijk zijn na het volgen van een nieuwe specifieke procedure (voorzien in de Codex voor het welzijn op het werk), die verschilt van het re-integratietraject.

Hieronder vindt u een gedetailleerde uitleg van deze nieuwe procedure.

Wanneer kan deze nieuwe specifieke procedure worden gestart?

Zij kan pas ingaan wanneer de werknemer gedurende een periode van ten minste negen (9) maanden (voorheen na vier (4) maanden) onafgebroken arbeidsongeschikt is geweest.

Deze periode van negen (9) maanden wordt onderbroken wanneer de werknemer weer aan het werk gaat. Zij wordt echter niet onderbroken indien de werknemer binnen de eerste veertien (14) dagen na hervatting opnieuw arbeidsongeschikt wordt.

Bovendien kan de procedure niet worden gestart als er een re-integratietraject aan de gang is.

Wie kan deze procedure starten?

Zowel de werkgever als de werknemer kan deze procedure starten.

De procedure begint met de kennisgeving van het voornemen om na te gaan of het voor de werknemer definitief onmogelijk is de overeengekomen arbeid te verrichten. Deze kennisgeving geschiedt door verzending van een aangetekende brief aan de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer en aan de wederpartij.

Meer bepaald moet uit de kennisgeving van de werkgever blijken dat de werknemer:

  • tijdens de procedure het recht heeft om de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer te vragen de mogelijkheden van aangepast of ander werk te onderzoeken indien wordt vastgesteld dat hij het overeengekomen werk niet kan verrichten;
  • tijdens de procedure het recht heeft zich te laten bijstaan door een vakbondsafgevaardigde.

Na ontvangst van de kennisgeving volgt de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer de bijzondere procedure waarin de Codex voor het welzijn op het werk voorziet.

Uitnodiging door de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer

De preventieadviseur/arbeidsgeneeskundige nodigt de werknemer ten vroegste tien (10) kalenderdagen na de kennisgeving uit voor een onderzoek. Zo nodig verricht hij ook een onderzoek van de werkplek. Deze uitnodiging vermeldt ook dat de werknemer het recht heeft zich tijdens deze procedure te laten bijstaan door de vakbondsafgevaardigde van de onderneming.

De preventieadviseur/arbeidsgeneesheer onderzoekt of het voor de werknemer definitief onmogelijk is het overeengekomen werk te verrichten. Met instemming van de werknemer is een raadpleging van de behandelend arts en/of de controlerend geneesheer van het ziekenfonds mogelijk.

Tijdens het onderzoek kan de werknemer vragen om een onderzoek naar de voorwaarden en modaliteiten van aangepast of ander werk in overeenstemming met zijn huidige gezondheidstoestand en capaciteiten.

Wat verandert er aan het re-integratietraject?

De motiveringsplicht is nu verstrengd en er is voorzien in aanvullende informatie bij het opstellen van het re-integratieverslag.

De werkgever heeft maximaal zes (6) maanden de tijd om een gemotiveerd verslag op te stellen wanneer een werknemer definitief ongeschikt is voor het overeengekomen werk: 

Geen plan opgesteld?

Indien de werkgever na onderzoek en overleg met alle betrokken partijen geen re-integratieplan opstelt, moet dit vergezeld gaan met een duidelijke motivatie. Uit dit rapport moet blijken dat de werkgever de mogelijkheden tot aanpassing van de functie en/of wijziging van de functie serieus heeft overwogen. Er wordt ook rekening gehouden met het recht op redelijke aanpassingen voor mensen met een handicap.

Een plan opstellen?

Als de werkgever een re-integratieplan opstelt, moet hij de concrete mogelijkheden onderzoeken en daarbij zoveel mogelijk rekening houden met wat de preventieadviseur/arbeidsgeneeskundige heeft vastgesteld, alsmede met het collectieve re-integratiebeleid. Hierbij wordt ook rekening gehouden met het recht op redelijke aanpassingen voor gehandicapten.

De werknemer heeft dan veertien (14) kalenderdagen de tijd om te reageren. Als de werknemer niet binnen deze termijn reageert, neemt de werkgever opnieuw contact met hem/haar op.

Blijft een reactie uit, dan wordt dit beschouwd als een weigering van het re-integratieplan.

Beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht

De arbeidsovereenkomst kan slechts door medische overmacht worden beëindigd indien:

  • ofwel stelt de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer vast dat de beroepsmogelijkheden uitgeput zijn, ofwel toont het resultaat van de lopende beroepsprocedure aan dat het voor de werknemer definitief onmogelijk is de overeengekomen arbeid te verrichten; en
  • moet de specifieke procedure in de Codex voor welzijn op het werk op een van de drie onderstaande manieren zijn beëindigd:
  • de werknemer heeft niet gevraagd om de mogelijkheden van aangepast of ander werk te onderzoeken;
  • de werknemer heeft gevraagd om de mogelijkheden van aangepast of ander werk te onderzoeken en de werkgever heeft de preventieadviseur/arbeidsgeneeskundige een gemotiveerd verslag verstrekt waaruit blijkt dat hij geen re-integratieplan kan opstellen;
  • de werknemer heeft gevraagd om de mogelijkheden van aangepast of ander werk te onderzoeken en heeft het re-integratieplan geweigerd.

Einde van de specifieke procedure

Indien uit de vaststelling van de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer of het resultaat van de beroepsprocedure niet blijkt dat het voor de werknemer definitief onmogelijk is de overeengekomen arbeid te verrichten, eindigt de procedure zonder gevolg.

Deze situatie kan zich voordoen indien werd vastgesteld dat:

  • de werknemer slechts tijdelijk niet in staat is het overeengekomen werk te verrichten;
  • het om medische redenen tijdelijk onmogelijk is om te oordelen;
  • indien is vastgesteld dat het niet mogelijk is de werknemer te onderzoeken.

Met betrekking tot de onmogelijkheid om de werknemer te onderzoeken, is uitdrukkelijk bepaald dat indien de werknemer drie (3) keer binnen een periode van drie (3) maanden, met ten minste veertien (14) kalenderdagen tussen de oproepen, niet ingaat op de oproeping van de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer voor een onderzoek, de preventieadviseur/arbeidsgeneesheer de werkgever daarvan in kennis stelt.

De procedure kan alleen worden hervat als de werknemer opnieuw arbeidsongeschikt is gedurende een periode van ten minste negen (9) maanden.

Alternatieve beëindiging van de arbeidsovereenkomst blijft mogelijk

De regels inzake de beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht laten het recht om de arbeidsovereenkomst te beëindigen met inachtneming van een opzeggingstermijn of met betaling van een ontslagvergoeding onverlet.

Recht op outplacement

Het nieuwe artikel 34 AOW laat het bestaande recht op outplacement onverlet. Indien de werkgever zich eenzijdig op medische overmacht beroept, moet hij de in aanmerking komende werknemer derhalve binnen vijftien (15) dagen na de beëindiging van de arbeidsovereenkomst wegens medische overmacht een schriftelijk aanbod tot outplacementbegeleiding doen.

 

Auteurs: Sébastien Thijs, Dalda Adibelli en Mary-Ann Staar